Veiligheidsprotocol

Alle leden dienen de wegcode te respecteren. “Wielertoeristen die in een groep van tenminste 15 tot ten hoogste 50 deelnemers rijden, zijn niet verplicht de fietspaden te volgen en zij mogen bestendig met twee naast elkaar op de rijbaan rijden op voorwaarde dat zij gegroepeerd blijven.

Groepen van meer dan 50 deelnemers moeten worden vergezeld door twee wegkapiteins.

• Het dragen van een valhelm is verplicht!
• Elk lid wordt geacht in een dermate lichamelijke conditie te verkeren dat de voorziene sportbeoefening risicoloos kan worden uitgevoerd. Een jaarlijks geneeskundig onderzoek is daarom zeer aanbevolen.

Onze ethische gedragscode op de fiets

Fietsen is een hobby die voor elke een ontspanning moet zijn. Het is de bedoeling om een plezier te maken voor iedereeen. We rijden als één peleton en zitten liever op de vélo dan achter een bureau.

De club heeft een sportief karakter, maar het sociale primeert. Daarom zijn er geen verplichtingen en is het moto: respect ten opzichte van iedereen ongeacht dit een bestuurslid, een wegkapitein of een kopman betreft.

Het elk lid van het Peloton Meilsen zal altijd volgend fietsgedrag aanhouden:

• Uit respect voor de natuur gooien we geen afval langs de weg.
• Na elke situatie (bocht, rondpunt, rood licht, …) : inhouden en met de groep geleidelijk op de gevraagde snelheid of belasting komen
• Het oversteken moet veilig gebeuren al dan niet in groep (best !) of groepjes of individueel, ieders op eigen verantwoordelijkheid, maar na de actie wordt uiteraard gewacht, tot iedereen er is, alvorens verder wordt gereden in groep;
• Na elke lastige parcours strook (heuvel, bergje, …) : inhouden en met de groep geleidelijk op de gevraagde snelheid of belasting komen. Bij grote verschillen wordt héél kort gestopt om iedereen sneller terug te laten aansluiten bij groep. Wegkapiteins bepalen hier stop & start;
• Na een stop of hindernis, steeds vertrekken in groep, nooit individueel verder rijden;
• Tijdens de woensdag rit is er een vrije strook waarin elk lid zijn eigen snelheid kan rijden. Na deze strook wordt er gewacht met de voet aan de grond tot het laatste lid de strook heeft afgelegd;
• Ingeval van pech wordt er steeds door de ganse groep gewacht;
• Kopmannen melden onveilige situaties en deze worden doorgezegd door de ganse groep zodanig ook de laatste man veilig thuis kan komen;
• Wie tijdens de rit beslist om ook op kop te komen fietsen, zoekt een partner, schuift vooraan in op de derde rij en wacht zijn beurt af. De wegkapitein zal aangeven hoe er ingeschoven wordt naar de koppositie.
• Als de rit richting polders gaat wordt er in 2 groepen vertrokken: een snellere groep vertrekt eerst gevolgd door het peloton. De snellere groep maakt dan een extra lus bij, zodat we met heel de groep samen kunnen binnenkomen.
• Ritten niet naar de polder worden in 1 groep gereden. De snelheid wordt dan aangepast naar de weersomstandigheden.